HAMA SANKARE - NIAFUNKE

Toen zowat een jaar geleden de eerste soloplaat van Hama Sankare, “Ballébé” verscheen, had ik de euvele moed te besluiten met de ietwat gewaagde wens/voorspelling dat die plaat wel eens het begin zou kunnen zijn van wat we ooit “Mali-blues 2.0” zouden gaan noemen. Nu, nauwelijks een jaar later is de opvolger er en ik denk dat ik mijn wens wat zal moeten bijstellen. Dit is namelijk weer gewoon heerlijke desert blues, zoals we die leerden kennen via Ali Farka Touré en Afel Bocoum, twee gewezen werkgevers van Hama, de man die al ruim dertig jaar lang de grootsten uit het genre van zijn typerende kalebasklanken voorziet.

Met de hulp van een rist topmuzikanten van de jongere generatie, nam Hama tien tracks op, die hij allemaal zelf schreef of, in het geval van “Nojarro”, “Alkaleyka” en “Yer Kur Ti Afo” vanaf een traditional herwerkte. De muzikanten waarvan hierboven sprake luisteren naar intussen bij de volgers van het genre min of meer bekende namen als Oumar Konaté, zelf “eigenaar” van een tweetal redelijk succesvolle live-albums; hij bracht zijn drummer Makan Camara mee en Afel Bokoum doet wat spoken word op het erg intrigerende “Baba Gomni”.

De plaat opent met een heel knap “Dewel Wegé”, waarin Hama mannen én vrouwen oproept om zich deugdzaam en met zelfrespect te gedragen. Die song krijgt aan het eind van de plaat een “radio edit”-versie mee, zodat ik durf vermoeden dat hij als aandachttrekker/single uitgespeeld zal worden. Zoals op de vorige plaat, gaat Sankare de grote problemen niet uit de weg: in “Remobe” breekt hij een lans voor de heropleving van de landbouw in zijn arme thuisland: landbouw is bron van leven en overleven en verdient dus aandacht, luidt de boodschap.

Oorlog en banditisme zijn twee plagen, die Malinezen nu al jaren over zichzelf afroepen en waaraan maar beter zo snel mogelijk een einde kan komen. Daar handelen zowel “Tiega Mali” als “Foulbé” over, terwijl de tradities van vroeger aan bod komen in “Nojarro” en “Alkaleyka” in het eerste klinkt het dat een goede jager een man is, die door het volk gerespecteerd wordt en in het laatste wordt de lof gezongen van Peul-held Boubou Ardo Galo. Gelijkaardig thema in”Baba Gomni”, een eerbewijs aan een man die heel veel goeds gedaan heeft voor de bevolking van de stad Niafunke.

U merkt het: de grote muzikant die Sankare is, is niet vergeten waar hij vandaan komt: hij houdt zijn volk en zijn stad nog altijd vooraan in zijn gedachten, maar geeft beiden we goeie raad mee als iemand die “het” gemaakt heeft en die een flink deel van de wereld gezien heeft dankzij de muziek. Zo’n houding kan ik erg appreciëren, temeer daar Hama de jongere generatie mee op sleeptouw neemt en haar laat profiteren van de naam die dertig jaar hard werken hem heeft opgeleverd. Conclusie: goeie, eerlijke Mali-plaat in de beste traditie, zonder al te veel verrassingen, maar op erg hoog niveau gespeeld en gezongen.

(Dani Heyvaert)


Artiest info
Website  
 

label: Clermon Music
distr.: Xango

video